Zo interview ik mensen voor tijdschriften


We schrijven 2003. Ik ben 21 jaar en werk nu een paar weken voor Fancy. Ik heb al wat stukjes geschreven en een paar mensen gebeld. Maar nu komt het echte werk. Ik mag iemand interviewen. Iemand met een echt verhaal. Ik mag voor de rubriek Heftig Verhaal het verhaal optekenen van een meisje dat al jaren in een asielzoekerscentrum woont. Ik ben amper vier jaar ouder dan haar, weet nul komma nul van het bestaan van een vluchteling en heb geen ervaring als journalist. Sterker nog, het folie zit nog om mijn tekstboek Interview.

Zenuwen
De zenuwen blijken voor niets: Shamila is ontzettend aardig en al snel raken we aan de praat. We praten over mijn werk als kersverse journalist, over haar droom om kleuterjuf te worden, over waar ik vandaan kom (want: dijk van een Twents accent) en over waar zij vandaan komt. Kwam. Waar ze is geboren en waarvan ze hoopt er nooit meer naar terug te moeten keren. Over de dagelijkse strijd tussen hoop en vrees, de uitzichtloosheid die haar soms naar de strot grijpt.

Twee pagina’s
Halverwege het gesprek denk ik opeens: shit! Het interview! Ik moet haar nog interviewen! Maar het gesprek dat we ondertussen hebben, is steeds meer gaan overhellen naar een interview. Zij vertelt, en ik stel vragen over dingen waarvan ik meer wil weten. Bij terugkomst op de redactie heb ik zoveel materiaal dat mijn chef besluit het verhaal een spread – twee pagina’s – te geven.

Gesprekje
Nu weet ik, dat er gewoon geen keiharde journalist in mij zit. Ik zal nooit de Sonja Barend-prijs winnen, zal nooit Frenk van der Linden opvolgen en hoezeer ik de interviewstijl van wijlen Ischa Meijer ook bewonder: ik zal het nooit evenaren. En dat is prima. Tegenwoordig lijken mijn interviews namelijk nog steeds op gesprekjes, zoals ik die ook met vriendinnen kan hebben. Ik stel vragen en jij vertelt me wat je wilt vertellen, dat is de deal.

Blogs en Instagram
Sommige meiden benaderen mij met hun bijzondere verhaal, omdat ze mijn naam uit de credits kennen of weten dat ik dit werk doe. Maar de meeste meiden benader ik zelf. Ik speur blogs, Youtube en Instagram af. Ik houd heel oldskool de krant in de gaten en lees mee op verschillende fora, altijd op zoek naar bijzonder verhalen. In de afgelopen jaren heb ik mensen over allerlei onderwerpen geïnterviewd. Van het hebben van een sugardaddy (Cosmopolitan), leven zonder vriendinnen (Marie Claire) tot het hebben van een psychose (CosmoGIRL). En ja – insert cliché – juist die afwisseling maakt het zo ontzettend leuk.

Aantekeningen
Hoe ik de interviews afneem, laat ik over aan de geïnterviewde. De één vind het fijner om telefonisch haar verhaal te doen, de ander wil liever dat ik haar een vragenlijstje stuur, zodat ze in alle rust haar antwoorden op papier kan zetten. Ik neem nooit iets op met een recorder. Met buitenlandse beroemdheden doe ik dat wel (omdat a – mijn Engels niet zo denderend is en b – ik starstruck ben en geen klap meekrijg van wat ze zeggen). Bij telefonische interviews schrijf ik alleen kort wat aantekeningen op, en schrijf het verhaal daarna in één keer uit. Bij de meeste bladen zijn dit soort artikelen full quote en rond de 1000 woorden. Bij Fancy hadden we ook korte ‘biechten’ (Ik haat mijn beste vriendin/Ik heb kleding gestolen) die rond de 600 woorden waren.

Zwart op wit
Het is gangbaar bij interviews, dat de geïnterviewde het geschreven artikel alleen mag controleren op feitelijke onjuistheden. Maar ik vind het fijner om de geïnterviewde de vrijheid te geven om te veranderen wat ze wil. Tussen wat je zegt, denkt en zwart op wit leest, zit een wereld aan grijstinten. Je kunt misschien tegenover mij vol overtuiging je ex doodwensen, het op de cover van een tijdschrift terug zien is toch echt… tja, heel anders. Heel af en toe neem ik om die reden ook jonge lezeressen tegen zichzelf in bescherming. Je moet over pak ‘m beet tien jaar ook nog achter je woorden staan.

Bewijsexemplaar
Wanneer het interview helemaal af is, stuur ik het naar de redactie. Vanaf dan is het uit mijn handen. De eindredactie controleert het stuk op stijl- en spelfouten en kort het stuk in als het te lang is. De geïnterviewde krijgt een bewijsexemplaar opgestuurd en dat is dat! Vaak krijg ik dan nog wel een mailtje of een appje met een bedankje als ze het stuk daadwerkelijk in handen hebben. Het blijft namelijk iets magisch hebben: je eigen woorden in print.

Jouw verhaal
Heb jij ook een bijzonder verhaal dat je – anoniem – wilt delen? Je mag me altijd een mailtje sturen op daniellebakhuis@hotmail.com. Ik werk voor verschillende tijdschriften en kan vast een blad vinden dat bij jouw verhaal past.

Een reactie plaatsen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *